Recent
Vandaag
10 May 2024

Het is hier nooit zwart of wit

Vrijdag was mijn laatste lesdag, wat betekent dat mijn lessen er hier inmiddels opzitten. Veel nieuws heb ik niet geleerd, maar ik heb wel allerlei aspecten van de Russische taal opgefrist die ik de afgelopen tijd niet actief heb hoeven inzetten. Bovendien heb ik de taal weer twee weken lang intensief moeten gebruiken, waardoor mijn spreekvaardigheid weer enigszins op peil is. En laat ik er niet omheen draaien: het was ook heerlijk om weer twee weken in Kyiv rond te lopen.

Mijn lesdagen zagen er over het algemeen zo uit: om kwart over zes ging de wekker, dan stond ik op en sloot ik me om zeven uur aan bij de stroom mensen in mijn спальный район (slaapbuurt, de benaming voor buurten waar mensen alleen maar wonen, in tegenstelling tot de buurten waar men werkt) die naar de metro liepen. Van acht uur tot halftien had ik dan privéles, en van halftien tot één groepsles, al bestond die groep in de tweede week nog slechts uit drie leerlingen.

Om een indruk te geven van hoe die groepslessen er in de praktijk uitzagen zal ik de les van vrijdag kort schetsen. Zoals altijd begonnen we met een uur praten over een onderwerp dat bij het binnenlopen van de klas toevallig ter sprake was gekomen. In dit geval was dat de vraag hoe ik vond dat Kyiv veranderd was in twee jaar tijd. Ik vertelde hoe opvallend het was dat er nu veel minder geelblauw-geschilderde bloembakken, muurtjes en bomen waren, en dat de hoeveelheid Oekraïense vlaggen in het straatbeeld ook drastisch was verminderd. Een logisch gevolg van het wegebben van de opwinding over de Majdanrevolutie, aldus docente Ljoedmila.

Ik vertelde ook hoezeer het me verbaasde dat er in bijna alle restaurants alleen nog maar Oekraïens gesproken wordt, en dat je zelfs Oekraïense antwoorden krijgt wanneer je iets bestelt of vraagt in het Russisch. Twee jaar terug hadden de meeste restaurants nog Russische en Oekraïense menukaarten, nu is alles in het Oekraïens. Ljoedmila legde uit dat deze snelle verandering voornamelijk het gevolg is van een controversiële taalwet van vorig jaar die Russisch de status van een regionale taal gaf en Russischtalig onderwijs grotendeels onmogelijk maakte. Die wet zei niets over de horeca, maar restaurants in de hoofdstad voelden zich desalniettemin geroepen om hun diensten geheel in het Oekraïens aan te bieden. Tegen deze wet is veel geprocedeerd en in februari dit jaar werd hij ongrondwettig verklaard door het Constitutionele Hof van Oekraïne. “Als je nu in een restaurant eist dat het personeel je bedient in het Russisch, moeten ze dat doen,” drukte Ljoedmila ons op het hart. Dat een etentje daar meestal niet heel gezellig van wordt, hoefde ze er niet bij te zeggen. Zelf is Ljoedmila groot tegenstander van de taalpolitiek in het huidige Oekraïne. Als Russischtalige vrouw die pas op haar vijftiende naar Oekraïne kwam spreekt ze niet zo heel goed Oekraïens, maar voldoende om zich in een Oekraïens-talige omgeving te redden. Bij volledig tweetalige vriendinnen durft ze nog altijd geen Oekraïens te spreken, omdat ze bang is om fouten te maken en uitgelachen te worden. Ljoedmila, ooit geboren in Siberië, is een fel criticus van de Russische regering, maar Russisch is wel haar taal en dat is nooit een probleem geweest, dus waarom nu plotseling wel?

Ondertussen gaf ze, inmiddels ook een vast onderdeel van de dag, her en der wat tips voor kwaaltjes waar wij aan lijden. Voor elk symptoom weet ze het exacte medicijn, inclusief de apotheek waar je dat het goedkoopst kan krijgen. Ook van de ‘natuurlijke geneeswijzen’ weet ze alles. “Zo zijn vrouwen nu eenmaal,” zei ze een keer. “Wij zijn wandelende amateurverpleegsters. Als een man iets mankeert gaat hij alleen maar in bed liggen kreunen, dus het komt op ons aan om ons gezin gezond te houden.” Een klasgenoot had die dag last van een ontstoken oog. Hem werd aangeraden een theezakje groene thee in zijn oog uit te knijpen. Het aanbod van Ljoedmila om dat voor hem te doen sloeg hij af.

Na een uur kregen we een kopie van een Oekraïens tijdschrift met daarin een artikel over de bouw van de brug van het Russische vasteland naar de Krim en de situatie daar. Samen lazen we het artikel. Tussen de alinea’s door stond Ljoedmila op om op het bord te tekenen waar precies het kanaal lag dat voor de watertoevoer naar de Krim zorgde en dat door Oekraïne was afgesloten, hoe de Russische troepen zich in 2014 hadden bewogen en waar alle belangrijke steden en voorzieningen zich bevonden. Praten over de Russische aanval op haar land valt haar nog altijd zwaar. “Wij zijn broeders, hoe kunnen ze ons dit aandoen, zoveel van onze mensen de dood injagen?” zei ze met tranen in haar ogen, terwijl ze de exacte aantallen doden en vermisten in de Donbas op het bord schreef. Toch is ze het niet eens met de Oekraïense beslissing om de watertoevoer naar de Krim af te sluiten. “Daar wonen ook mensen.” Het is hier nooit zwart of wit.

Na een korte pauze maakten we gezamenlijk wat oefeningen over deelwoorden en het gerundium. Daarna openden we ons boek op een pagina met informatie over de percentages Russen die voor verschillende doeleinden spaarden. Ljoedmila vroeg ons om te vertellen waar in onze landen voornamelijk voor gespaard werd. Het grootste verschil tussen Rusland en Nederland is dat de meeste Nederlanders sparen voor de opleiding van hun kinderen, terwijl dat percentage in Rusland slechts 3% bedraagt. Onderwijs in Rusland en Oekraïne is dan ook heel goedkoop. Een erfenisje van de Sovjettijd.

We bladerden door naar een pagina waar allerlei standpunten stonden weergegeven over de vraag wat te doen aan armoede. We moesten allemaal een standpunt kiezen en met elkaar in discussie gaan. In dit soort discussies merk je al snel wat voor invloed iemands thuisland op zijn standpunten heeft. Ljoedmila gaf weer eens blijk van haar uitgebreide kennis over zo ongeveer alles in Oekraïne door de huidige prijzen van alle mogelijke levensmiddelen op te sommen, evenals de prijzen van die producten vijf jaar geleden. Zoals ik al eerder heb geschreven zijn de prijzen sinds de Majdanrevolutie gestegen en de inkomens sterk gedaald. De pensioenen bedroegen in 2013 omgerekend zo’n 90 dollar, nu is dat 53 dollar. Ook het minimumloon schudde ze uit haar mouw, omgerekend ongeveer 117 euro. “Ik wil dat jullie hier vertrekken als Oekraïne-experts,” zei Ljoedmila over haar schouder terwijl ze op het bord schreef hoe haar eigen inkomen veranderd was, evenals de bedragen die ze uitgaf aan huur en boodschappen. “En bedenk je dat mijn man en ik hier goede banen hebben.”

“Dus u bent niet blij met de Majdanrevolutie?” vroeg ik toen ze klaar was en het voor ons allemaal te zien was hoe sterk haar gezin er op achteruit was gegaan.
“Jawel!” reageerde ze direct. “Je moet goed begrijpen, het was heel hard nodig en ik ondersteun de idealen van Majdan van harte, maar de manier waarop ze uitgevoerd worden niet.”
“Maar er vinden toch hervormingen plaats?”
“Er vinden hervormingen plaats, maar veel te weinig en te langzaam. Er is meer nodig. Maar wanneer komt dat er? Ik weet het niet.”

Wij ook niet. Toen was het één uur. Ik bedankte haar voor de lessen en vertrok. Lunch op Majdan, die plek waar vijf jaar geleden zoveel gebeurde.

Majdan vanaf de andere kant.

Even bijkomen na een rondje hardlopen in de hitte.

Andrejevski Spoesk by night.

Ontvang blogski's via mail